zaterdag 13 februari 2010

Creditrating door accountants?

De afgelopen jaren is van diverse kanten aandacht besteed aan credit rating door accountants. Al vanaf 2008 wordt gesteld dat dit een aantrekkelijke aanvullende dienstverlening door accountants zou kunnen worden. Al eerder waren kritische geluiden te horen. Op 12 februari 2010 een duidelijk signaal van Peter Knuvers RA, verbonden aan de Rabobank (AN2-2010): "weinig nut van credit rating door accountants." Een impressie van ontstaan van een tendens, de kritiek, de praktische bezwaren en de huidige status.

Wat is creditrating?
Creditrating is een algehele beoordeling van de kredietwaardigheid van een entiteit. Op dit moment zijn een klein aantal toonaangevende creditraters actief, zoals Moody's en Standard & Poor's die zich vooral richten op het beoordelen van kredietwaardigheid van grote ondernemingen. Sinds de invoering van Basel II in 2007 is voor banken de individuele inschatting van kredietwaardigheid en verlieskansen direct van belang voor de kosten van het ingezette kapitaal.


Ontstaan van een tendens
Al in 2006 wordt in AccountancyNieuws bericht over de komst van Basel II en de mogelijkheden voor accountants. In dit artikel adviseert Jan Wietsma ls accountant samen met de klant het gesprek aan te gaan met de bank over de huidige rating en de mogelijkheden tot verbetering. In december 2007 adviseert Jan Wietsma in AccountancyNieuws omscholing van accountants en medewerkers tot 'Rating Advisor.' Immers, nemen we deze ontwikkeling niet serieus, "zullen nieuwe concurrenten opstaan en de functie van het bestaansrecht van de accountant in het MKB verder uithollen."
In april 2008 kondigt het SRA de samenwerking aan met URA, een Europees ratingagentschap. Doel van de samenwerking: aanbieden van infrastructuur voor het uitvoeren van ratings door (SRA-)accountants en daarmee beïnvloeden van het risicoprofiel van de klant, zodat deze de laagst mogelijke financieringskosten realiseert. Ook het NIVRA en NOvAA kondigden eind 2007 aan rating services te gaan ontwikkelen.
Al deze initiatieven, zoals mooi samengevat in een artikel in De Accountant in 2008, hebben tot op heden tot weinig zichtbare resultaten geleid. Na de eerste persberichten zie ik, twee jaar verder, geen publicaties met wapenfeiten meer. Enige recente ontwikkeling is de start van een 4-maandse opleiding op Nyenrode tot Credit Rating Advisor (vanaf september 2009).


Kritiek
Vanaf het begin zijn ook kritische geluiden te horen geweest. In april 2008 noemt Marcel Pheiffer in zijn weblog de creditrating door accountants een 'proefballon die snel zal overdrijven.' Voornaamste kritiekpunten: in hoeverre is de accountant onafhankelijk bij deze bepaling en in hoeverre is de accountant ook echt deskundig op dit gebied? Bezwaren die gedeeld worden door diverse ondervraagden in een groot artikel in De Accountant van april 2008. In september 2008 wordt in de De Accountant dieper ingegaan op de rol van de accountant als MKB-raters. Naast de kansen en voordelen, zoals geschetst bij het ontstaan van een tendens is ook al kritiek zichtbaar: "Klanten en accountants moeten wel beseffen dat banken andere modellen en verklarende variabelen gebruiken dan accountants in de rating-systemen die zij gebruiken. Ook zullen de gewichten van de variabelen vaak anders zijn." Dit punt wordt ook herhaald in het interview met Peter Knuvers RA. Banken hebben ieder een eigen ratingsysteem, dat niet openbaar is. Banken zullen zelf op basis van deze ratings, de eigen rekenmodellen en databases met ervaringscijfers tot het prijzen van financieringen komen. De rol van de accountant is in dit proces marginaal. Knuvers stelt: richt je als accountant op de betrouwbaarheid van de gegevens in de SBR-sets.


Praktische bezwaren
Voor het als accountant kunnen beïnvloeden van de risicobeoordeling van een klant door de bank is het noodzakelijk dat de betrokken accountmanager van een bank wéét hoe de beoordeling totstandkomt en doorwerkt in de pricing. Daarnaast is het noodzakelijk deze accountmanager deze risico-inschatting kan en mag (laten) aanpassen. Van beide punten heb ik in de praktijk weinig gemerkt. Sterker nog, aan de onderkant van de kredietverlening in het MKB is bij de banken een tendens zichtbaar van het automatiseren van kredietaanvragen en offertes verstrekken. De gegevens worden verwerkt door een centrale backoffice, de accountmanager krijgt een offerte die hij met de klant mag bespreken.


Parallel met de verzekeringsbranche
Ook de verzekeringsbranche is een omgeving waarin risico's geprijsd en verkocht worden. Prijsvorming in deze branche steunt zwaar op eigen analyses van klantkenmerken en schadestatistieken. Een prijsvorming die niet totstandkomt door het vooraf met de klant of zijn adviseur bespreken van de risico-inschattingen. Naar mijn mening is een parallel te trekken met een groot gedeelte van de financieringen in het MKB. Slechts een gedeelte van alle financieringen vraagt maatwerk van de bank.


Kind en badwater
In het voorgaande is de tendens, de kritiek en de bezwaren beschreven van creditrating in het MKB door de accountant. Uiteraard, met de kennis van nu. Het uitvoeren van ratings door de accountant loopt vooral aan tegen het feit dat de beïnvloedbaarheid van de risico-inschatting dor een bank met een eigen rating in veel gevallen in het MKB beperkt zal zijn. De vraag is of banken voor financieringen die procesmatig geprijsd en verwerkt kunnen worden de beoordeling individuele gevallen zullen aanpassen. Succesverhalen en mooie uitkomsten van gedane pilots door de diverse organisaties blijven vooralsnog uit.
Maar het kind moet niet met badwater weggegooid worden. Naast de uitdaging zekerheid toe te voegen aan bankenrapportages in SBR zekerheid toe te voegen (als de bank zelf zegt geen waard ete hechten aan een samenstelverklaring) was en is zeker een belangrijke taak van de accountant het begeleiden van een klant vóór en tijdens een financieringsaanvraag. Gedegen kennis van de wijze van kredietbeoordeling door banken is hierbij een must. Maar de ambitie met eigen ratings te gaan onderhandelen namens de klant met de bank, die zullen we voorlopig moeten laten varen.

Niet mee eens? Aanvullingen? Reageer!



3 opmerkingen:

  1. Mooie analyse. Accountants moeten goed weten hoe ratings tot stand komen. Daarbij gaat het er vooral om dat ze de klant leren het risico op default te managen alsmede het managen van het benodigde werkkapitaal. Een indicatieve rating kan heel handig zijn voor de ondernemer om te weten hoe hij er ongeveer voor staat. Waar liggen de punten ter verbetering. Daarnaast is het goed dat de accountant goed zicht heeft op de verschillende financieringsmogelijkheden die er zijn. Ook hier geldt een juiste mix kan soms een hoop geld besparen voor de ondernemer. Het gesprek met bank zou dan ook niet moeten gaan over rating en rente maar op het beperken van het risico op default en een gepaste vergoeding voor dat deel van het risico wat overblijft.

    Punt is alleen dat een heleboel accountants van dit onderwerp te weinig afweten, waardoor gesprekken vaak niet veel verder komen dan onderhandelen over afsluitprovisie en zekerheden. Kortom voor de accountant die wil zijn er nog heel wat uitdagingen op het terrein van advisering over kredietverstrekking.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. De banken lopen met het verstrekken van krediet alle risico's. Begrijpelijk dat ze er hun eigen methodieken en ratings op nahouden om de risico's te bepalen. Wellicht dat het gaat werken als de accountant tevens in de risico's mee gaat delen?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Een uiterst zinnig verhaal. Jammer is, dat wel verwezen wordt naar URA maar niet naar het OK-Rating Institute, sinds 2003 het eerste Rating Institute in de Benelux en in tijd ruimschoots voorafgaande aan de URA.

    Ons Institute levert aan het grotere MKB, soms aan midcap's maar ook aan accountants de OK-Score, sinds 2003 onbetwist leider in kwaliteit. Deze kwaliteit wordt geïllustreerd door openbare waarschuwingen voorafgaande aan grote rampspoeden, zie b.v. http://www.youtube.com/watch?v=bxmZ1seKXDo
    over Ahold, in 2001 voor 3000 bezoekers op een congres in den Haag inzake Landis.

    Aangezien inmiddels ook het parket van politie te Brussel samen met de vice-voorzitter van het Institute van forenische Auditoren in Brussel met het gebruik van de OK-Score niet alleen de fraude maar ook de omvang van de fraude ca. 3 jaar eerder dan de politie kon vaststellen is er inmiddels ook een samenwerking ontstaan met SBV-Forensics in het kader van fraude onderzoek bij faillissemeten voor curatoren.

    Om de kwaliteit van de OK-Score als permanent mechnisme te meten wordt er sinds 2003 in real life de AEX beoordeeld in de tien OK-Klassen. In de goede groep : OK dus, lees 1 tot en met 6 mag worden belegd; in de niet OK-groep lees 7 tot en met 10 mag niet worden belegd.

    Aangezien de transacties door derden worden uitgevoerd en daarenboven volledig onder controle staat van externe compliance kan bij een resultaat van 128% rendement op AEX beleggingen in zeven jaar, daar waar diezelfde AEX 3% rendement maakt alleen maar worden geconstateerd dat de methodiek volledig verantwoord werkt.

    Verdere info treft u aan b.v. in een recent artikel van de Telegraaf
    http://www.telegraaf.nl/dft/5995115/__OK-score_tegenhanger_SP_en_Moodys__.html

    In de krant werd dit zelfs aangekondigd als :
    OK-Score maakt S&P en Moody's overbodig.

    Zo ver zijn wij natuurlijk nog niet, maar het zou aanbeveling verdienen dat er inderdaad een kwalitatieve Europese tegenhanger komt.

    BeantwoordenVerwijderen